dinsdag 15 oktober 2013

Visie op de Lage Zijde - Alphen aan den Rijn


 
We begrenzen het centrum op nieuwe grenzen. We maken een prettig hanteerbaar winkelrondje. Het rondje gaat van Mandersloostraat via de beide Aarkades terug naar de Aarhof. Het Nutsgebouw markeert zo het noordelijke einde van het centrum. De voorkant komt aan de herstelde Hooftstraat te staan, en markeert zo de overgang van A-locatie naar aanloopstraat. De Hooftstraat wordt hersteld. Het gat van het Thorbeckeplein verdwijnt, de oude dijkstraat komt terug in het profiel. Het profiel lijkt op dat van de Van Mandersloostraat. De huidige winkels aan de Hooftstraat blijven hun functie van aanloopstraatwinkel behouden. Door de Hooftstraat weer aan te laten sluiten op de Van Mandersloostraat kan, gefaseerd, de verbinding van de winkels onderling hersteld worden. Dit kan afgestemd worden op de ontwikkeling van de vraag. Het plan voorziet slechts in de stedenbouwkundige randvoorwaarden. Na zorgvuldige analyse komen wij tot de conclusie dat in Alphen geen behoefte is aan een tweede pleinfunctie. Alphen zal nooit een studentenstad worden, is historisch geen stad van pleinen en ontleend zijn kwaliteiten vooral aan de lintbebouwing langs Rijn en Aar. Liever dan een moeilijk bruikbaar plein zien wij bredere kades de essentie van het centrum worden. Het huidige Thorbeckeplein verdwijnt dus. We herstellen zo de historische situatie. 



 
De nieuwe invulling van het Thorbeckeplein kan goed gefaseerd worden, daarmee goed afgestemd op de ontwikkelingen op de markt. Aan de Hooftstraat is evt ruimte voor winkels als daar vraag naar is. Voor de verdere invulling van het huidige Thorbeckeplein lijkt invulling met woningen op dit moment voor de hand te liggen. Een binnenstedelijk woonmilieu met, wederom afhankelijk van de vraag, ruimte voor bijvoorbeeld betaalbare seniorenappartementen of ruimde stadswoningen, is de meest geëigende invulling van dit gebied. Maar door de faseerbaarheid en beschikbare ruimte is er veel ruimte voor invulling met andere functies of voorzieningen. Vervolgonderzoek kan hier meer licht op werpen. We integreren de Aar verder in het centrum. De monding in de Rijn wordt wat verbreed. De Aar wordt iets breder. Uiteindelijk ontstaat een doorvaarbare route (voor kleine sloepjes) van Rijn naar Zegerplas. Bootjes kunnen aanleggen, de kade is laag genoeg om dat mogelijk te maken. Op een enkele plek geeft de Aar meer ruimte om ook in te kunnen steken. De huidige brug van Aarhof naar Dreespassage kan verdwijnen. Omdat de Dreespassage verdwijnt en zijn functie verliest is deze overbodig geworden. De ruimte tussen beide andere bruggen is dermate klein dat dit geen enkel probleem is. Bovendien zorgt dit ervoor dat het hele rondje wordt afgemaakt. Kwalitatief hoogwaardige en aantrekkelijke invulling van dat volledige rondje is dan wel essentieel. Met name de oostelijke begrenzing is hierbij een belangrijke ontwerpopgave. We maken brede kades langs de Aar, waarbij de noordkant van de Aar, dus de zuidkant van het Nutsgebouw en aanpalende bebouwing, geschikt is voor terrassen. We concentreren hier horeca om zo een echt en levendig centrum te creëren en deze door bundeling elkaar en hun omgeving te laten versterken. De horeca uit de Hooftstraat kan eventueel verplaatst we naar de Aarkade, maar afhankelijk van vraag en aanbod kunnen hier ook aanvullende horecavoorzieningen komen. Het Nutsgebouw krijgt een muziekcafé, met verschillende functies op verschillende tijdstippen van de week. Het profiel van de Aar zetten we door richting Zegerplas. De brede kades, de ruimte en de toegankelijkheid worden ook daar als basis in het plan opgenomen. Faseerbaar en afhankelijk van vraag en markt kunnen uiteindelijk woningen (met evt bedrijfs- of atelierruimtes aan de voorkant) worden gerealiseerd. Ook dit is goed faseerbaar. De markt komt rondom de Aar te staan. Afhankelijk van totale aantal marktkramen kan deze
worden uitgebreid langs Rijnkade of bij Vest. Het huidige Aarplein blijft voorlopig parkeergebied, Hier kan in een veel latere fase verdere invulling aan gegeven worden. Afhankelijk van de ontwikkeling van de winkelmarkt kan hier bijvoorbeeld gekozen worden voor een prettige tweezijdige winkelstraat die de zijkant van de Aarhof integreert. Als de winkelmarkt zich negatiever ontwikkelt kan hier verdere invulling met een meer centrumstedelijk woonmilieu gerealiseerd worden. Het cultuurgebouw (of bieb+ of wat dit nu uiteindelijk wordt) begrenst het centrum aan de oostzijde aan de noordkant van de Aar. Hier kan de gemeente snel in eigen productie een invulling aan geven, wat niet alleen een impuls geeft aan de omgeving, maar tevens de eerste stap zet in de verdere invulling van die omgeving (Aarkade en Aarplein). Architectonisch aantrekkelijk maar wel passend in de omgeving zijn van belang. De rest van dit gebied blijft voorlopig parkeerplaats, en kan faseerbaar ingevuld worden. Als gezegd liggen kadewoningen hier voor de hand. Het huidige Aargebouw kan gesloopt worden, maar in onze ideeën net zo goed hergebruikt. De ruimtes op de verdiepingen bieden ruimte aan goedkope huisvesting voor startende ondernemers, wat het centrum de broodnodige diversiteit en levendigheid biedt. De begane grond dient grondig te worden vernieuwd, waarbij de uitstraling maar ook de ruimte rondom het pand volledig op de schop moeten. Een invulling met bijvoorbeeld winkels aan de buitenzijden en het dichtzetten van de huidige loze ruimtes ligt hierbij voor de hand. Zo ontstaat ook aan deze kant een geslotener rondje van Aar naar de huidige ingang van de Aarhof bij de Hema. Het doortrekken van de rooilijn van deze zijde van de Aarhof zoals in eerdere plannen is bedacht vinden wij nog steeds een goed idee. Parkeren kan voorlopig op alle niet ingevulde plekken als Triangel, Aarplein en de oude plek van het schooltje tegenover Esplanade. Afhankelijk van vraag, ontwikkeling van economie en autoverkeer, de financiële parameters kan bij verdere invulling van de plannen gekeken worden naar de beste plekken hiervoor. Ook hoeft pas dan een keuze gemaakt te worden voor eventueel gebouwd parkeren. Wij denken bijvoorbeeld aan een parkeerbak onder en achter het door ons voorgestelde Cultuurgebouw, met eventueel een tweede maaiveld om deze aan het gezicht te onttrekken.